Het voorstel van voormalig staatssecretaris Menno Snel dat de vermogensrendementsheffing eerlijker moest maken, gaat echt van tafel. Zijn opvolger Hans Vijlbrief zoekt naar een “simpeler” tussentijds voorstel om rendement uit spaargeld en investeringen eerlijker te belasten. Ook zoekt hij naar een oplossing voor de lange termijn.
“Het voorstel dat er lag van mijn voorganger kende grote problemen”, zegt Vijlbrief. Er wordt een te groot verschil gemaakt tussen geld dat mensen over hun rendementen uit beleggingen betalen ten opzichte van wat ze over hun spaarrente betalen. Dat onderscheid zou volgens de bewindsman “juridisch heel snel kapotgeschoten zijn”, en is volgens zijn politieke oordeel ook oneerlijk.
De vermogensrendementsheffing, in de volksmond de ‘spaartaks’ genoemd, is gebaseerd op een ‘fictieve rente’ van rond de 4 procent waarover beleggers en spaarders belasting betaalden. Voor de coronacrisis waren rendementen uit beleggingen vaak hoog, terwijl de rente al jarenlang enorm laag staat. Een vermogende spaarder die amper rente krijgt over zijn spaargeld, betaalt hierover dus wel behoorlijk wat belasting.
De enige echte oplossing is om alleen het reĆ«le rendement te belasten, zegt Vijlbrief. Maar de Belastingdienst kan precieze rendementen uit investeringen niet nagaan en dus ook niet belasten. Vijlbrief gaat op zoek naar een alternatief dat kleine spaarders en beleggers “in hoge mate ontziet”. Hij overweegt serieus het bedrag waarover spaarders en beleggers geen belasting betalen “aanzienlijk te verhogen, als ik dat kan”.
Het plan dat Snel in september vorig jaar presenteerde, zou per 1 januari 2022 ingaan, omdat de Belastingdienst wat tijd nodig had om de wijziging aan te kunnen.
Natuurlijk houden wij u op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Zeker op dit gebied is veel meer te melden. Neem contact met ons op voor informatie op maat.
Over de auteur